Verhalen van Leen

Monschau: make-over

Ik kan mij herinneren, hoe dit stadje een bijzondere indruk op mij maakte, toen ik als 9-jarige, achterin de bruine volkswagen met vader en moeder voorin de weg naar beneden reed na het dennenbos. Ik herinner mij de drukte, het vele dat te zien was, handwerklieden, en we hebben nog steeds een blok rozekwarts, dat we toen kochten. Heb ik mij laten verleiden door die positieve herinneringen, toen ik een aanbieding tegenkwam voor een paar dagen weg, leuk hotel in mooi Monschau?
Het leek wel of ik in een levensgrote make-over was terecht gekomen. ’s Morgens werden de aldaar wonende kinderen zo snel mogelijk het dorp uitgeloosd naar een school en daar veilig weggeborgen voor de binnenstromende bussen met oudjes. Autochtone mannen verdwenen bij het krieken van de dag en moeten zich mijns inziens iedere zomer verbergen in holen en grotten en het naastgelegen nationale park. Het kan zijn, dat een enkele bedienend vrouwvolk op de te vele terrassen echte Monschauers waren om zo een beetje toezicht te kunnen houden op hun bezittingen. De buitenkant van al die vakwerkhuizen was mooi, maar binnenin bleef alles stijf gesloten voor die grijze hordes. De autochtone Monschauer leeft ’s nachts in de veiligheid van het eigen huis. Een record aantal huizen bleek desondanks te koop te staan. Ik kan mij zo voorstellen, dat de autochtonen tenslotte wegvluchten uit deze bizarre nep-reality.
En om de grijze horden te pesten gingen alle winkels stipt van 12.00-14.00 dicht. Ik bewonder het uithoudingsvermogen van de laatste Monschauers, maar wij waren al na 1 dag al die bierdrinkende, ijsetende, wafelende, grijze golven zat. Maar wellicht was er hoop: er was een Handwerkersdorf. Ik herinnerde mij de echte handwerkers als kind, dus wellicht zat hier de echte bevolking? Deze locatie bleek een grote hal te zijn, boordevol rijen stands met de ergste vormen van kitsch en onzin, die je je maar voor kon stellen. Monschau was verworden tot een open lucht aquarium, waar het echte leven op strassenniveau vervangen was door een aaneenschakeling van eetstubes, biertenten en hotels.
Het enige dat herinnerde aan het grote verleden van handwerkslieden was een beeldengroepje en een kapotte watermolen. Ik heb gezien dat dit soort massale grijze golf reizen voor ouderen niet bevorderlijk is voor een samenleving met de grootte van madurodam. Of wellicht kunnen wij het bezoek begrenzen tot niet meer dan 1 bus per dag? Als een individuele reiziger op zoek naar zingeving en ervaring hier in zijn auto een dag of wat strandt, dan heeft het nog iets van toeval, verwachting. Maar die groepsreizen kunnen niet tegelijk in zo’n klein dorp. Samen met mijn Marietje vluchtten wij tenslotte een kerk in, op zoek naar gebed, stilte, contemplatie. Deze RK.kerk was al na 2 meter binnenkomst afgeschermd door een stalen hek, zodat de hordes deze gezegende plek met rust zouden laten. En zo ging daar onze laatste queeste naar zingeving aan stukken. We zijn het hotel niet meer uitgegaan. Op de morgen van ons vertrek, troffen wij bij het ontbijt een dag te voren aangekomen kennissen, die hadden die zelfde middag exact dezelfde ervaring gehad. Ook hij was er als kind geweest. Ook hij was teleurgesteld na 4 uur teruggekeerd in het hotel. Op zoek naar zingeving en ervaring hebben wij afsluitend een rondvaart gemaakt op het nabijgelegen stuwmeer in het naastgelegen nationale park. Na 2 uur donkere bossen en donker water en geen mens te zien hadden wij dat ook gezien: de autochtonen hielden zich zelfs hier voor ons verborgen.
We snapten het opeens: Monschau: extreme make-over, waar de echte mensen verdwijnen, waar de community desintegreert. En waar veel van valt te leren: een echte community of geloofsgemeenschap heeft de inzet van mensen nodigen hoedt u voor de toeristen… vooral de ouderen…